Steeklengte
Instructies voor het differentiaal transportmechanisme
(3)
Transport-
Hoofdtransporteur
verhouding
(achter)
0,7 – 1,0
1,0
1,0 – 2,0
De steeklengte wordt als volgt ingesteld:
(1) Zoek de steeklengteknop aan de linkerzijde van de
(2) Draai de steeklengteknop naar voren om de steek te
(3) Gewoonlijk staat de steeklengte ingesteld tussen 3 en
Deze machine is uitgerust met twee sets
boventransporteurs onder de persvoet om de stof door
de machine te voeren. De differentiaaltransporteur be-
(4)
stuurt zowel de voorste als de achterste transporteurs.
Wordt deze knop ingesteld op 1, dan bewegen beide
transporteurs met dezelfde snelheid (verhouding van 1).
Indien de differentiaalverhouding wordt ingesteld op een
waarde kleiner dan 1, dan bewegen de voorste
transporteurs langzamer dan de achterste, zodat de stof
tijdens het naaien wordt uitgerekt. Dit is bijvoorbeeld heel
handig bij lichte materialen die snel rimpelen. Indien de
differentiaalverhouding wordt ingesteld op een waarde
groter dan 1, dan bewegen de voorste transporteurs
sneller dan de achterste, waardoor het materiaal tijdens
het naaien wordt geplooid. Hierdoor wordt uitrekken en
samentrekken van stretchstoffen voorkomen.
• Het instellen van de differentiaaltransportverhouding.
(1) Zoek de knop voor de instelling van de
(2) De normale instelling is 1,0.
(3) Schuif de knop van u af voor een instelling die kleiner
(4) Schuif de knop naar u toe voor een instelling die groter
Differentiaaltrans-
porteur (voor)
machine.
vergroten naar maximaal 4 mm.
Draai de steeklengteknop naar achteren om de steek
te verkleinen naar minimaal 2 mm.
4 mm.
differentiaaltransportverhouding aan de linkerzijde van
de machine.
is dan 1,0.
is dan 1,0.
Effect
Materiaal is strak ge-
trokken.
Zonder differentiaal-
transport.
Materiaal wordt ge-
rimpeld of samen-
geduwd.
Toepassing
Voorkomt dat dun ma-
teriaal gaat rimpelen
Normaal naaien
Voorkomt dat elasti-
sche en stretchstoffen
uitrekken of rimpelen
25