PERIODES DAT HET APPARAAT NIET
GEBRUIKT WORDT
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
WAT MOET U DOEN ALS ...
Probleem
Het apparaat werkt niet.
Het apparaat maakt lawaai.
Het lampje werkt niet.
De compressor werkt continu.
8
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen als het
apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Verwijder al het voedsel
3. Maak het apparaat en alle toebehoren schoon.
4. Laat de deur/deuren open staan om
onaangename luchtjes te voorkomen.
Mogelijke oorzaak
Het apparaat is uitgeschakeld.
De stekker zit niet goed in het
stopcontact.
Er staat geen spanning op het
stopcontact.
Het apparaat is niet stevig en
stabiel geplaatst.
Het lampje staat in stand-by.
Het lampje is stuk.
De temperatuur is fout inge-
steld.
Er zijn grote hoeveelheden
voedsel tegelijk in de vriezer
geplaatst.
De kamertemperatuur is te
hoog.
Het voedsel dat in het apparaat
werd geplaatst, was te warm.
De deur is niet goed gesloten.
LET OP! Als u uw apparaat
ingeschakeld wilt laten, vraag dan
iemand om het zo nu en dan te
controleren, om te voorkomen dat het
bewaarde voedsel bederft, als de
stroom uitvalt.
Oplossing
Schakel het apparaat in.
Steek de stekker goed in het
stopcontact.
Sluit een ander elektrisch ap-
paraat op het stopcontact aan.
Bel een gekwalificeerd elektri-
cien.
Controleer of het apparaat sta-
biel staat.
Sluit en open de deur.
Zie 'Het lampje vervangen'.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Be-
diening'.
Wacht een paar uur en contro-
leer dan nogmaals de tempera-
tuur.
Zie het typeplaatje voor de kli-
maatklasse.
Laat voedsel afkoelen tot ka-
mertemperatuur voordat u het
opslaat.
Zie 'De deur sluiten'.